1901. Ze is er weer.
1902. Oh, dat is vervelend.
1903. Ik wil niet luisteren.
1904. Wat is het deze keer?
1905. Stil!
1906. Wijs niet met de vinger!
1907. Schreeuw niet!
1908. Hou op met klagen!
1909. Wees stil, oké?
1910. Waar zeur je over!
1911. Hou toch op met zoveel te praten!
1912. Praat niet terug !
1913. Te veel gepraat!
1914. Blijf bij mij uit de buurt!
1915. Dat gaat jou niks aan!
1916. Wie heeft je gevraagd?
1917. Ik kan het je nu niet vertellen.
1918. Ik heb je hulp niet nodig.
1919. Ga weg!
1920. Laat me je niet zien!
1921. Ga uit de weg!
1922. Val mij niet lastig!
1923. Wil je mij wegjagen?
1924. Dat is onzin!
1925. Lieg niet tegen mij.
1926. Het is geen grap!
1927. Je moet ophouden met grappen maken!
1928. Doe dat stomme ding niet!
1929. Praat geen onzin!
1930. Dat is toch te gek!
1931. Hou op met grappen!
1932. Neem terug wat je zei.
1933. Ik wil geen leugens meer van je horen.
1934. Verzin je een verhaal?
1935. Doe niet zo dom!
1936. Je liegt tegen mij!
1937. Jouw trucs zullen mij niet misleiden.
1938. lafaard!
1939. Niemand is perfect!
1940. Vrek.
1941. Klootzak!
1942. grote eter!
1943. Verdomme! / Oh mijn god!
1944. Jij beest!
1945. Wat een wilde meid!
1946. Wat een gladde kerel!
1947. Homo!
1948. Lelijk!
1949. Vet varken!
1950. Kleintje!
1951. Wat een ondankbare kerel!
1952. Vuile klootzak!
1953. Stop met proberen cool te zijn.
1954. Blijf kalm.
1955. doe het rustig aan.
1956. Waarom zou je het serieus nemen?
1957. Ontspan je een beetje.
1958. Ontspan je een beetje.
1959. Maak je geen zorgen.
1960. Haast je niet.
1961. Laten we vrede sluiten!
1962. Heb je vrede gesloten?
1963. Stop met vechten!
1964. Kunnen we er niet gewoon over praten?
1965. Jullie twee zullen het goed met elkaar kunnen vinden.
1966. Laat het verleden rusten.
1967. Oeps, je hebt me betrapt.
1968. Jij verliest.
1969. Ik wil je niet kwetsen.
1970. Ik mis je zo erg.
1971. Ik ben iemand die zich snel eenzaam voelt.
1972. Kun je niet gewoon vrede sluiten?
1973. Wat een teleurstelling!
1974. Wat jammer!
1975. Het is verspilde moeite.
1976. Het is verspilde moeite.
1977. Alle eerdere inspanningen waren tevergeefs.
1978. Je stelt mij echt teleur.
1979. Wat een fout heb ik gemaakt.
1980. Dat is onmogelijk.
1981. Wat een tijdverspilling.
1982. We zijn er bijna!
1983. Ik voel mij verdrietig.
1984. Ik heb heel veel pijn.
1985. Oh mijn god!
1986. Woehoe!
1987. Mijn hart is gebroken.
1988. Mijn hart is vervuld van verdriet.
1989. Dat tragische verhaal maakte mij depressief.
1990. Zo meedogenloos!
1991. Niemand kan weten hoe ik me voel.
1992. Ik voel mij erg eenzaam.
1993. Ik haat het om alleen te zijn.
1994. Ik vind het niet erg om alleen te zijn.
1995. Ik mis je.
1996. Ik voel me leeg.
1997. Mijn leven is leeg.
1998. Uiteindelijk bleef ik als enige over.
1999. Ik ben erg depressief.
2000. Ik voel mij vandaag erg somber.